Responsive image

Deel I DEFINITIES

Download de app voor meer functionaliteit.

Deel I DEFINITIES

1. „Groep”: een groepering van Ondernemingen die door eigendom of zeggenschap zodanig zijn verbonden dat die groepering ofwel op grond van de toepasselijke boekhoudbeginselen een Geconsolideerde Jaarrekening moet opmaken voor de financiële verslaggeving, ofwel dit zou moeten doen indien aandelenbelangen in een van de Ondernemingen op een openbare effectenbeurs werden verhandeld.

2. „Onderneming”: elke vorm van bedrijfsvoering door alle in artikel 3, punt 11, onder b), c) en d), bedoelde personen.

3. „MNO-Groep”: een Groep die twee of meer Ondernemingen omvat die fiscaal ingezetene zijn van een verschillend rechtsgebied, of een Onderneming omvat die fiscaal ingezetene is van het ene rechtsgebied en in een ander rechtsgebied aan belasting onderworpen is met betrekking tot de activiteiten die met behulp van een vaste inrichting in dat andere rechtsgebied worden uitgeoefend, en die geen Vrijgestelde MNO-Groep is.

4. „Vrijgestelde MNO-Groep”: een Groep die met ingang van januari 2015, met betrekking tot een bepaald Boekjaar van de Groep, totaal aan geconsolideerde groepsopbrengsten van minder dan 750 000 000 EUR, of een bedrag in de lokale valuta dat ongeveer gelijk is aan 750 000 000 EUR, heeft behaald in het Boekjaar dat onmiddellijk voorafgaat aan het Te Rapporteren Boekjaar, zoals weergegeven in de Geconsolideerde Jaarrekening van dat voorafgaande Boekjaar.

5. „Groepsentiteit”: een van de volgende entiteiten:

a) een aparte bedrijfseenheid van een MNO-Groep die is opgenomen in de Geconsolideerde Jaarrekening van de MNO-Groep voor de financiële verslaggeving, of die daarin zou worden opgenomen indien aandelenbelangen in die bedrijfseenheid van de MNO-Groep op een openbare effectenbeurs werden verhandeld;

b) een dergelijke bedrijfseenheid die enkel op grond van omvang of materieel belang niet in de Geconsolideerde Jaarrekening van de MNO-Groep is opgenomen;

c) een vaste inrichting van een aparte bedrijfseenheid van de MNO-Groep als bedoeld onder a) of b), indien die bedrijfseenheid voor de vaste inrichting een afzonderlijke jaarrekening opmaakt met het oog op financiële verslaggeving, naleving van de regelgeving, belastingaangifte of de interne beheerscontrole.

6. „Rapporterende Entiteit”: de Groepsentiteit die, in het rechtsgebied waar zij fiscaal ingezetene is, namens de MNO-Groep een landenrapport moet indienen dat voldoet aan de voorwaarden van artikel 8bis bis, lid 3. De Rapporterende Entiteit kan de Uiteindelijkemoederentiteit, de Surrogaatmoederentiteit of een andere in deel II, punt 1, beschreven entiteit zijn.

7. „Uiteindelijkemoederentiteit”: een Groepsentiteit van een MNO-Groep die aan de volgende criteria voldoet:

a) ze bezit middellijk of onmiddellijk een belang in een of meer andere Groepsentiteiten van die MNO-Groep dat voldoende groot is om, overeenkomstig de algemeen geldende boekhoudbeginselen van het rechtsgebied waar zij fiscaal ingezetene is, verplicht te zijn een Geconsolideerde Jaarrekening op te stellen, of om daartoe verplicht te zijn indien haar aandelenbelangen in het rechtsgebied waarvan zij fiscaal ingezetene is, op een openbare effectenbeurs werden verhandeld;

b) geen andere Groepsentiteit van die MNO-Groep bezit middellijk of onmiddellijk een onder a) beschreven belang in de eerstgenoemde Groepsentiteit.

8. „Surrogaatmoederentiteit”: een Groepsentiteit van een MNO-Groep die door die MNO-Groep is aangewezen als enige plaatsvervanger voor de Uiteindelijkemoederentiteit om namens die MNO-Groep het landenrapport in te dienen in het rechtsgebied waarvan die Groepsentiteit fiscaal ingezetene is, indien aan één of meer van de in deel II, punt 1, eerste alinea, onder b), bedoelde voorwaarden wordt voldaan.

9. „Boekjaar”: een jaarlijkse verslagleggingsperiode waarover de Uiteindelijkemoederentiteit van de MNO-Groep haar jaarrekening opmaakt.

10. „Te Rapporteren Boekjaar”: het Boekjaar waarvan de financiële en operationele resultaten worden weergegeven in het in artikel 8bis bis, lid 3, bedoelde landenrapport.

11. „Adequate Overeenkomst tussen Bevoegde Autoriteiten”: een overeenkomst tussen gemachtigde vertegenwoordigers van een EU-lidstaat en een rechtsgebied buiten de Unie die partijen zijn bij een Internationale Overeenkomst, en waarin wordt voorgeschreven dat tussen de betrokken rechtsgebieden automatisch landenrapporten worden uitgewisseld.

12. „Internationale Overeenkomst”: het multilaterale Verdrag inzake wederzijdse administratieve bijstand in belastingzaken, een bilateraal of multilateraal belastingverdrag, of een overeenkomst inzake de uitwisseling van fiscale inlichtingen waarbij de lidstaat partij is en uit hoofde waarvan de wettelijke bevoegdheid wordt verleend om fiscale inlichtingen tussen rechtsgebieden uit te wisselen, met inbegrip van de automatische uitwisseling van dergelijke inlichtingen.

13. „Geconsolideerde Jaarrekening”: de jaarrekening van een MNO-Groep waarin de activa, de passiva, de inkomsten, de uitgaven en de kasstromen van de Uiteindelijkemoederentiteit en van de Groepsentiteiten zijn weergegeven als die van één enkele economische entiteit.

14. „Systematische Nalatigheid”: houdt met betrekking tot een rechtsgebied in, hetzij dat een rechtsgebied een in werking zijnde Adequate Overeenkomst tussen Bevoegde Autoriteiten met een lidstaat heeft, maar (om andere redenen dan die welke in overeenstemming zijn met de bepalingen van die Overeenkomst) de automatische uitwisseling heeft opgeschort, hetzij dat een rechtsgebied anderszins stelselmatig nalaat om aan een lidstaat automatisch de landenrapporten te verstrekken die het in zijn bezit heeft en die MNO-Groepen betreffen met Groepsentiteiten in die lidstaat.

EY Taxlaw NL verschaft de mogelijkheid tot:
  • het full text doorzoeken van de verdragen en regelgeving met daarbij filters om het zoekgebied nader af te bakenen;
  • het full text doorzoeken van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie;
  • het kunnen sorteren van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie op datum, titel en instantie;
Responsive image
Responsive image
  • het oproepen van artikelversies tot enige jaren terug;
  • het maken van aantekeningen op artikelniveau;
  • de creatie van dossiers voor de opslag van snelkoppelingen naar veelvuldig geraadpleegde wetsartikelen;
  • het delen via mail en sociale media van artikelteksten met desgewenst een additioneel bericht.